Toespraak wethouder Irona Groeneveld

Beste aanwezigen,

Vandaag komen we samen om stil te staan bij degenen die hun leven gaven voor onze vrijheid. We herdenken niet alleen de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, maar ook die van latere conflicten en vredesmissies.

Dit jaar vieren we 80 jaar vrijheid. Een mijlpaal, maar geen vanzelfsprekendheid. Vrijheid is iets waar mensen voor hebben gevochten en dat we nog steeds moeten beschermen. Het afgelopen jaar lijkt de oorlogsdreiging steeds dichterbij te komen. In Oekraïne woedt de oorlog alweer drie jaar. De spanning tussen Israël en Iran neemt toe. China laat steeds vaker zijn militaire macht zien en ook vanuit Amerika klinkt stevige taal. In Soedan en Somalië verergert het geweld en ontstaan grote humanitaire crises. In ons land denkt de regering na over maatregelen, zoals het inschakelen van reservisten. Ook wordt burgers aangeraden een noodpakket in huis te hebben, zodat ze voorbereid zijn op noodsituaties. Dat maakt mensen onrustig, ze hebben er regelmatig gesprekken over als ze elkaar treffen.

Tegelijk zie ik dat discussies verharden. Door heftige uitingen en reacties, soms zelfs dreigingen, staat zeggen wat we denken onder druk. Ook is er in er steeds meer discussie over wat de grenzen zijn van het mogen zijn wie je bent. Mensen raken opgesloten in hun eigen bubbels en de tegenstellingen worden groter. Dat laat ook zien dat mensen betrokken zijn en verschillend denken.

Vrijheid gaat niet alleen over afwezigheid van oorlog, maar ook over respect en verdraagzaamheid., De sleutel ligt in elkaar ontmoeten en open en eerlijke gesprekken. Door samen te sporten, zingen of toneel te spelen en dingen voor je dorp te organiseren, door naar elkaar te luisteren zonder direct te oordelen, kunnen we elkaar beter begrijpen en meer verbinding creëren. Ook de media en politiek spelen hierin een rol. Evenwichtige berichtgeving en leiderschap dat verbindt, helpen om samen verder te komen.

We staan hier vandaag in Sondel, bij het graf van Jacobus Johannes Boomsma, ook bekend bij zijn verzetsnaam Karel. Hij kon niet tegen onrecht en heeft in ieder geval vanaf 1942 op grote schaal onderdak verzorgd voor Joden op de vlucht. Hij raakte zo steeds meer betrokken in het verzetswerk en werd zelfs leider. Op 6 november 1944 was hij vanuit zijn onderduikadres net een paar dagen thuis geweest. Terug in Sneek bij zijn onderduikadres vluchtte hij weg toen een Duitser van de Grenzschutz de deur opende. Hij wordt neergeschoten.

We herdenken de oorlog, en deze gebeurtenis, want het herinnert ons eraan hoe kwetsbaar vrijheid is. De mensen die hun leven gaven verdienen het ook dat hun inspanningen niet vergeten worden.

Maar naast herdenken, mogen we vrijheid ook samen vieren. Laten we dankbaar zijn dat we in vrijheid leven. En laten we ons blijven uitspreken tegen onrecht, waar dan ook ter wereld. En laten we met elkaar in gesprek blijven, om elkaar te begrijpen en elkaar niet kwijt te raken.

Vrijheid is geen garantie, maar een verantwoordelijkheid die we moeten doorgeven aan de volgende generaties.

Ik wil afsluiten met een gedicht van de Lemster dichter Job Degenaar. Hij heeft het gedicht geschreven voor het verzetsmonument in Nijemirdum, aan de Zandvoorderhoek.

Wie kan vrij zijn als je handen

bevelen volgen, als de wereld

brandt en jij in angst moet leven

als je de ketens niet kunt breken

waaraan je vastgeklonken bent

Wie kan vrij zijn als de dromen voorgoed

verdwenen, als je je ogen voor verdriet

sluit, als de kamer je buitenwereld wordt

waar het leven zwijgend voorbijgaat

en hoop een loze kreet is

Je bent pas vrij als iedereen dat is

als je je eigen graf niet hoeft te graven

als je de stem van water en lente herkent

als niet alleen die ijzige stilte

van vlak voor de schoten terugkeert