Veelgestelde vragen verkeer

Onvoldoende voorrang krijgen, terwijl er wel een voorrangssituatie is
Er is verschil tussen voorrang hebben en voorrang krijgen. Er zijn verkeersregels die maken dat u in bepaalde situaties voorrang moet verlenen. Als u volgens de regels voorrang zou moeten krijgen, maar de ander u geen voorrang geeft, dan mag u geen voorrang nemen. De rol van de gemeente is om zo duidelijk mogelijk te maken welke regels waar gelden. Vindt u een voorrangssituatie onvoldoende duidelijk aangegeven? Dan kunt u de gemeente vragen dit te onderzoeken.

Voorrang van (brom)fietsers
U moet aan alle bestuurders (zoals auto’s, fietsers, bromfietsers, ruiters, begeleiders van vee) die van rechts komen voorrang geven. Dit moet altijd, behalve als er een voorrangsregeling geldt.

In mijn straat, waar de maximumsnelheid 30 km/u is, wordt veel harder gereden. Kunnen hier snelheid remmende maatregelen komen?
Uit verkeersmetingen blijkt dat op veel 30 km/u wegen gemiddeld niet te hard wordt gereden. Als er wel hard wordt gereden, wordt dit voornamelijk veroorzaakt door eigen bewoners. Daardoor zijn snelheid remmende maatregelen in de meeste gevallen niet nodig.

In mijn straat geldt een maximum snelheid van 30 km/u of 60 km/u. Kan de gemeente hier op snelheid handhaven?
Snelheidshandhaving is een taak van de politie. Snelheidscontroles op wegen binnen 30 km zones en 60 km zones hebben, vanwege beperkte capaciteit, geen voorrang bij de politie. Op andere wegen zijn er vaak meer mogelijkheden.

Kan de gemeente een snelheidsmeting uitvoeren of een snelheidsdisplay plaatsen in mijn straat?
De gemeente heeft een beperkt aantal apparaten om snelheidsmetingen uit te voeren. Als er snelheidsmeldingen binnenkomen over een straat kijken we of er snelheidsgegevens beschikbaar zijn. Zo nodig kunnen we een meting uitvoeren. Aan de hand van de snelheidsresultaten bepalen we of (aanvullende) maatregelen nodig zijn.

Als blijkt dat er te hard gereden wordt op een weg kan de gemeente gedurende een aantal werken een snelheidsdisplay plaatsen.

Kunnen er (extra) snelheidsremmende maatregelen in mijn straat komen?
Als een gemeentelijke straat of weg gepland staat voor onderhoud, dan bekijken we of we deze straat of weg moeten aanpassen. De gemeente houdt dan rekening met de verkeersveiligheid. Zo bepalen we of we (extra) snelheidsremmende maatregelen willen uitvoeren. Maar het college van burgemeester en wethouders beslist.

Er staat een foutgeparkeerde auto in mijn straat. Wat is hier aan te doen?
Parkeren mag niet op een plek die daarvoor niet is bestemd. Een voertuig staat onder andere foutgeparkeerd als het:

• bij een kruispunt staat op een afstand van minder dan vijf meter daarvan;
• op een trottoir staat;
• andere geparkeerde auto’s blokkeert;
• illegaal op een gehandicaptenparkeerplaats;
• langere tijd op een laad- en loshaven;
• op een parkeerplaats die is gereserveerd voor het opladen van elektrische auto’s (oplaadpunt) en het voertuig niet is aangesloten op het oplaadpunt;
• een inrit of uitrit blokkeert;
• binnen de bebouwde kom in aangelegde beplanting of groenstrook staat geparkeerd.

Als u last heeft van foutparkeerders, dan kan team Toezicht en Handhaving (bel: 14 05 14) van de gemeente hierop controleren. Buiten de kantooruren zijn de toezichthouders publiek domein niet aanwezig, dan kunt u contact opnemen met de politie (bel: 0900 8844).

Kan de gemeente extra parkeerplaatsen aanleggen in mijn straat?
Of de gemeente meer parkeerplaatsen kan aanleggen hangt af van de ernst van het probleem.

Parkeren voor de woning is geen recht. De gemeente vindt het acceptabel wanneer u binnen ongeveer 150 meter vanaf uw woning kunt parkeren in de openbare ruimte. Dit kan betekenen dat u in de openbare ruimte van een andere straat moet parkeren.

Bij de vraag om meer parkeerplaatsen speelt ook mee of het mogelijk en wenselijk is. Extra parkeerplaatsen gaan vaak ten koste van groen en/of speelplekken. Dat is dikwijls niet gewenst voor de leefbaarheid in de wijk en vanuit groen- en klimaatbeleid.

De gemeente combineert de werkzaamheden aan een weg zoveel mogelijk. Wanneer er onderhoud aan de weg of het riool gepland is, gaan we de inrichting van die weg bekijken. Als het gewenst en mogelijk is, kan de gemeente de weginrichting aanpassen, bijvoorbeeld extra parkeerruimte.

Kunnen er bij mij in de straat gele strepen worden aangebracht?
Er wordt bijvoorbeeld vaak op de stoep geparkeerd. Dit soort parkeergedrag valt onder ‘hinderlijk parkeren’. Je mag niet op een stoep of voor een uitrit parkeren. Hiervoor zijn dus geen extra maatregelen, zoals gele strepen, extra borden, paaltjes of witte kruizen nodig. De gemeente kan hier wel op handhaven. Neem in dat geval contact op met team Toezicht en Handhaving van de gemeente.

Gehandicaptenparkeerplaats
Informatie over het aanvragen van een gehandicaptenparkeerkaart vindt u op de pagina gehandicaptenparkeerkaart.

Ontheffing parkeerverbod en blauwe zones
Informatie over het aanvragen van een ontheffing voor een parkeerplaats bij een parkeerverbod vindt u op de pagina ontheffing aanvragen. Informatie voor een ontheffing in de blauwe zone vindt u op de pagina blauwe zones.

Kan de gemeente een extra verkeersbord plaatsen om de situatie te verduidelijken?
De gemeente is terughoudend met het plaatsen van extra verkeersborden. Dit om te voorkomen dat er teveel verkeersborden langs de weg staan. Teveel verkeersborden zorgen voor een rommelig en onduidelijk beeld. De gemeente plaatst daarom alleen verkeersborden die wettelijk nodig zijn of de verkeersveiligheid dienen.   .

Kan de gemeente een bord ‘uitgezonderd bestemmingsverkeer’ plaatsen?
Handhaving van dit verbod is geen taak van de gemeente, maar van de politie. Op wegen waar onder verkeersborden het onderbord met ‘uitzondering van bestemmingsverkeer’ hangt, is voor de politie lastig om op te handhaven. Daarom is de gemeente terughoudend met het plaatsen van dit bord.

Kunnen er herhalingsborden 30km/uur of 60km/uur worden geplaatst?
De regels van een 30 km/uur of 60 km/uur zone zijn van kracht totdat u het verkeersbord ‘einde 30 km/uur of 60 km/uur zone’ tegenkomt. Dit betekent dat niet na elke zijstraat een herhalingsbord geplaatst hoeft te worden. In enkele gevallen zijn de 30 km/uur of 60 km/uur zones groot en uitgestrekt. Hierbij zijn vaak ook wegen die niet direct de uitstraling hebben van een 30 km/uur of 60 km/uur straat. In die gevallen kan de gemeente besluiten om de weggebruikers te herinneren aan het feit dat ze zich binnen de 30 km/uur- of 60km/uur zone bevinden. Meestal staat op deze plekken al een herhalingsbord. In alle andere gevallen plaatst de gemeente geen herhalingsborden.

Kan de gemeente extra belijning aanbrengen?
De gemeente combineert de werkzaamheden aan een weg zoveel mogelijk. Wanneer er onderhoud aan de weg of het riool gepland staat, gaan we de inrichting van die weg bekijken. Dan kijken we ook of andere of aanvullende markering gewenst is. Belijning valt hier ook onder. In de bebouwde kom wordt in principe geen kant- of as markering aangebracht, tenzij er een aanleiding voor is.

Kan de gemeente een voetgangersoversteekplaats (zebrapad) aanleggen?
In 30 km/uur zones: in een 30 km/uur gebied leggen we in principe geen zebrapaden aan. Alleen op plaatsen waar gedurende de dag vaak voetgangers oversteken kan  de aanleg van een zebrapad wenselijk zijn , denk aan drukke winkelgebieden. Uit onderzoek blijkt dat een zebra niet die veiligheid biedt die de gebruiker verwacht. Er is sprake van zogenaamde ‘schijnveiligheid’.

In een 30 km/uur gebied rijdt vooral bestemmingsverkeer. De bestuurders zijn lokaal bekend en weten of er veel of weinig voetgangers een  zebrapad gebruiken. Wordt een zebra weinig gebruikt, dan houden  bestuurders er minder rekening mee en is de kans groot dat  een overstekende voetganger niet wordt opgemerkt. Hierdoor kunnen gevaarlijke situaties ontstaan.

Op ontsluitingswegen met een maximumsnelheid van 50 km/uur: vindt de gemeente de plek ook geschikt, dan kan de gemeente een voetgangersoversteekplaats met zebra aanleggen. Is er een groot oversteekprobleem, dan heeft een middengeleider of middeneiland de voorkeur. Hiermee kunnen voetgangers de weg in twee fasen oversteken. De gemeente bepaald welke oversteek voorziening geschikt is voor de locatie.

Kan de gemeente een spiegel plaatsen om het zicht te verbeteren?
De gemeente is terughoudend met het plaatsen van verkeersspiegels. Een spiegel is in de meeste gevallen geen oplossing voor het probleem.

Vaak zorgen verkeersspiegels voor een verkeerd beeld van de verkeerssituatie. Zo zijn fietsers en voetgangers nauwelijks zichtbaar omdat ze door de spiegel veel kleiner lijken. En het is moeilijk om via de spiegel de snelheid van een ander voertuig in te schatten, zo ook van  elektrische fietsen.

Via een spiegel ziet de weggebruikers alleen verkeer vanuit één richting. Terwijl de aandacht van de weggebruiker uitgaat naar de spiegel wordt ander verkeer (vaak fietsers) vanuit de andere richting vaak over het hoofd gezien. Dit komt de verkeersveiligheid niet ten goede.

Daarnaast raken spiegels snel beschadigd waardoor ze niet goed te gebruiken zijn. Ook bij slecht weer of vorst zijn ze niet goed te gebruiken. 

Alleen in extreme situaties waar je helemaal niets ziet, kan een spiegels iets toevoegen  aan de verkeersveiligheid. Deze situatie komt nauwelijks voor in de gemeente. Er is daarom vaak geen reden om een spiegel te plaatsen.

Ik zie een gevaarlijk kruispunt. Het wachten is op een ongeluk. Wat kan de gemeente doen?
Bij het aanleggen van wegen houdt de gemeente rekening met de eisen van Duurzaam Veilig (landelijke richtlijnen). Deze zijn bedoeld om het aantal ernstige verkeersslachtoffers te verlagen.

De gemeente houdt bij de inrichting van kruispunten en wegen zo veel mogelijk rekening met de veiligheid van alle verkeersdeelnemers. Als er een structurele en urgente onveilige situatie is, doe dan een melding. De gemeente beoordeelt of er inderdaad sprake is van een onveilige situatie en kan besluiten (aanvullende) maatregelen te nemen.

Sommige kruispunten lijken gevaarlijk omdat het erg druk is. Ongevallencijfers geven inzicht in de feiten en daaruit kan blijken dat het kruispunt minder gevaarlijk is, dan dat het wordt beleefd. Vaak kan dat het gevoel van onveiligheid niet altijd wegnemen. En dat is soms ook juist goed. Want als mensen het gevoel hebben dat een verkeerssituatie onveilig is, gaan ze beter opletten. Het gevoel van onveiligheid kan er juist voor zorgen dat een verkeerssituatie veiliger is, doordat weggebruikers rekening met elkaar houden.

Wat kan ik zelf doen om de verkeersveiligheid in de buurt te verbeteren?
U kunt zelf ook helpen om het rijgedrag in uw buurt aan te passen. Rijdt één van uw buren te hard? Spreek uw buurtgenoot daar dan op een rustig moment op aan.

Veilig Verkeer Nederland
Bij Veilig Verkeer Nederland kunt u ook een melding maken van een verkeersonveilige situatie. Wilt u samen met uw buren in actie komen om uw buurt veiliger te maken? Dan kan VVN u helpen met buurtacties, zoals een stickeractie, snelheidsmeting of buurtenquête. Kijk voor meer informatie op de website van Veilig Verkeer Nederland.